Het is een bizarre tijd als gevolg van de wereldwijde coronacrisis: scholen zijn dicht, restaurants en cafés tuigen in allerijl een bezorgservice op en mensen worden opgeroepen om vooral thuis te blijven. Om nog maar te zwijgen van de mensen die het virus onder de leden hebben en keihard knokken voor hun herstel; daarbij geholpen waar het kan door die fantastische mensen die in de zorg werkzaam zijn. Ook de werkzaamheden van de gemeenteraad liggen praktisch stil of moeten op andere manieren. Raadsvergaderingen gaan niet door zoals gebruikelijk, werkbezoeken zijn afgezegd en fractievergaderingen vinden plaats via Skype. Het dagelijks leven staat op zijn kop. Het is daarom goed om af en toe even stil te staan en om ons heen te kijken: de GroenLinks-fractie doet dat de komende weken met de corona-mijmeringen. Daarin geeft iedere week een fractielid een persoonlijke kijk op de coronacrisis. Vandaag: onze wethouder Carlo Verhaar.
Het is 5 mei als ik dit schrijf. Gisteren had ik als wethouder voor het eerst sinds de lockdown weer een officiële activiteit. Ik mocht bloemen leggen bij het Etty Hillesum Monument aan de Kapjeswelle. Eén veteraan, één lid van het 4-5 mei comité en ik als vertegenwoordiger van het gemeentebestuur. Daaromheen liep een fotograaf. Geen toespraken, geen poëzie, geen muziek en vooral: geen publiek. We stonden er wat verloren bij, daar aan de IJssel, bij de ondergaande zon.
We hebben bepaald niet stilgezeten, de afgelopen weken. Want het college van B&W vergadert door, per Skype. Ambtenaren werken door, vanuit huis. Overleggen zijn er elke dag, en allemaal online. Maar ik mis het echte contact. Met collega’s natuurlijk, even binnenlopen, overleggen op de gang. Dat kan videobellen niet vervangen. Ik mis het contact met de gemeenteraad nog meer. Want ieder onderwerp dat B&W samen met de ambtenaren voorbereidt, willen we daarna bespreken met onze opdrachtgever, want dat is de raad. En die besluit tot nu toe maar mondjesmaat.
Ik mis ook contact met mensen in Keizerslanden of de Binnenstad, waar ik wijkwethouder ben. Wanneer ik mijn wekelijkse bezoekje breng aan Praamstra (gelukkig hebben we nog een geweldige boekhandel die stug volhoudt!) spreek ik bekenden, die er net zo gelaten bijstaan als ik. Want wat voelt het ongemakkelijk, die anderhalve meter.
Gelukkig zie ik ook lichtpuntjes. Want wat tonen de cultuurmakers en podia een veerkracht! Ook met hen videobel ik regelmatig. Koen heeft in zijn Mijmering op deze pagina’s al beschreven wat Corona doet met cultuur. Dat beeld herken ik, en het grijpt me aan. Maar die creatieven zijn niet voor één gat te vangen, en bedenken ook nieuwe wegen. Ik denk en werk graag met ze mee, en heb hun zaak tot bij minister Van Engelshoven bepleit. De Overijsselse gedeputeerde van Cultuur, Roy de Witte, denkt heel enthousiast mee, dat geeft moed.
Ik hoop ook zeer dat we leren van deze periode. Dat mensen die dat kunnen ook straks meer blijven thuiswerken. Want de voordelen voor natuur en milieu geven te denken. Uitstoot daalt, dieren en planten gedijen bij de afwezigheid van ons mensen, met ons lawaai, ons afval en vieze machines. Wat zou het fijn zijn wanneer we die winst weten te behouden als Corona achter ons ligt.
Terrasje pakken met vrienden, wandelen in Bourgondië, me vergapen aan de kunst van de IJsselbiënnale… het zit er allemaal even niet in. Maar dat offer brengen we graag. Het verbleekt bij het leed van families die een dierbare verloren. Bij ondernemers in horeca en winkels die hun levenswerk bedreigd zien. Bij mensen die hun baan kwijtraken. Bij mensen in de zorg die in de frontlinie staan. Dat verdient stilte, en het verdient respect.
Vandaag is het 5 mei en vieren we 75 jaar vrijheid. Ik ga ook de creativiteit vieren, de natuur, en de helden in de zorg. Genoeg om over te mijmeren.